Leerplicht


Vanaf het moment dat een kind 4 jaar wordt, mag het naar de basisschool. Vanaf de leeftijd van 3 jaar en 10 maanden mag het kind tot het 4 jaar geworden is in totaal 5 dagdelen naar school. Deze 5 dagdelen hoeven niet aaneengesloten te zijn. Van laatstgenoemde regeling kan in overleg met de betreffende leerkracht/directeur gebruikt worden gemaakt.

De inspectie meent dat in sommige gevallen extra vervroegde toelating een uitkomst is voor kinderen (bijv. met een grote ontwikkelingsvoorsprong) en wijst de vorm van extra vervroegde toelating dan ook niet per definitie af. Voorop staat de vrijwillige medewerking van de school. Anders gezegd: de school moet akkoord zijn met vervroegde toelating. Is de school niet akkoord, dan is vervroegde toelating niet mogelijk. Er is dus heel nadrukkelijk geen sprake van een recht op vervroegde toelating. De wettelijke toelatingsleeftijd voor het basisonderwijs is dus 4 jaar, en als hierboven vermeld de regel van 3 jaar en 10 maanden. Maar de directeur van een school heeft in uitzonderingsgevallen – zoals bijvoorbeeld bij grote ontwikkelingsvoorsprong – de mogelijkheid aan kinderen onder de 4 jaar toegang te verlenen.

Inwilligen toelatingswens

De directeur moet bij het inwilligen van een dergelijke wens er wel om moeten denken dat:

  • de peuter niet als leerling kan worden toegelaten, cq ingeschreven;
  • voor de 3 jarige geen rijksbekostiging wordt gegeven;
  • ouders van reeds tot de school toegelaten leerlingen bedenkingen kunnen hebben tegen het door de 3-jarige gebruik maken van het onderwijsaanbod, voor zover dat ten koste zou gaan van de eigenlijke leerlingen van de school;
  • de bestaande aansprakelijkheidsverzekeringen van de school zijn wel op de peuter van toepassing.

Het kind moet naar school, en is dus leerplichtig, op de eerste dag van de maand na de maand waarin het 5 jaar wordt. Voor kinderen die nog geen 6 jaar zijn, is ontheffing van de leerplicht mogelijk. Wanneer ouders dat nodig vinden, mogen zij voor hun kind gebruik maken van deze ontheffing, onder mededeling aan de directeur, voor ten hoogste 5 uur per week. Deze uren mogen niet worden opgespaard. Wanneer nog verdere ontheffing wenselijk is, moet overleg met de directeur plaatsvinden.